click below
click below
Normal Size Small Size show me how
Werkwoorden 11
Onregelmatige werkwoorden
Question | Answer |
---|---|
stijgen | ik stijg; ik steeg; ik ben gestegen |
stinken | ik stink; ik stonk; ik heb gestonken |
stoten | ik stoot; ik stootte; ik heb gestoten |
strijden | ik strijd; ik streed; ik heb gestreden |
strijken | ik strijk; ik streek; ik heb gestreken |
tegenvallen | de reis valt tegen; de reis viel tegen; de reis is tegengevallen |
toegeven | ik geef toe; ik gaf toe; ik heb toegegeven |
toelaten | ik laat toe; ik liet toe; ik heb toegelaten |
toetreden | ik treed toe; ik trad toe; ik ben toegetreden |
treffen | ik tref; ik trof; ik heb getroffen |
trekken | ik trek; ik trok; ik heb getrokken |
uitdoen | ik doe uit; ik deed uit; ik heb uitgedaan |
uitgaan | ik ga uit; ik ging uit; ik ben uitgegaan |
uitgeven | ik geef uit; ik gaf uit; ik heb uitgegeven |
uitglijden | ik glij(d) uit; ik gleed uit; ik ben uitgegleden |