click below
click below
Normal Size Small Size show me how
Groep 4 Thema 1
Vriendschap (week 1)
woord | omschrijving |
---|---|
de onbekende | Iemand die je niet kent. |
de bekende | Iemand die je kent. |
de boezemvriend | De vriend met wie je het meest speelt. |
de redder | Iemand die een ander helpt als er iets erg gebeurt. |
het gevaar | Als er iets ergs kan gebeuren. |
de veiligheid | Als er niets ergs kan gebeuren. |
de stakker | Iemand die zielig is. |
vluchten | Snel weggaan omdat je bang bent. |
de stam | Deel van de boom waar takken aan vastzitten. |
de ramp | Een groot ongeluk. |
de handtekening | Je naam op je eigen manier geschreven. |
de kameraad | Een goede vriend. |
de woning | Een huis of een flat. |
de kruin | De top van een boom. |